Checklists
Laatst gewijzigd op: 18 oktober 2021

Ouderschapsverlof

Iedere werknemer met een kind jonger dan acht jaar heeft recht op ouderschapsverlof. Dat is zo bij wet geregeld. De invulling van ouderschapsverlof kan variëren. Hoe deze invulling er precies uit ziet is aan de werknemer zelf, maar ook u kunt daar invloed op hebben door specifiek beleid. In deze checklist leest u alles over de wettelijke voorschriften rond het ouderschapsverlof en hoe u daar mee om kunt gaan.

Wat is ouderschapsverlof?

Ouderschapsverlof is een verlof waarmee de werknemer tijdelijk meer vrije tijd krijgt om voor zijn of haar kind te zorgen. Het recht op ouderschapsverlof is wettelijk vastgesteld in de Wet arbeid en zorg. Vaak wordt ouderschapsverlof aansluitend op het zwangerschapsverlof opgenomen, maar dit hoeft niet. Ouders mogen het verlof namelijk opnemen tot hun kind acht jaar oud is.

Ouderschapsverlof is een wettelijk recht. U mag het dus niet weigeren.

Voor wie?

Elke werknemer die minimaal één jaar binnen uw organisatie werkt en zorgt voor een kind onder de acht jaar (dus tot en met zeven jaar) heeft recht om ouderschapsverlof op te nemen. U mag hier in positieve zin van afwijken door werknemers die korter in dienst zijn ook ouderschapsverlof op te laten nemen. De regeling geldt voor beide ouders. Werknemers met meerdere kinderen kunnen voor elk kind apart ouderschapsverlof opnemen. Dit geldt dus ook voor ouders die een meerling krijgen. Ook ouders met een (aspirant) adoptiekind, erkend kind, pleegkind of stiefkind hebben recht op ouderschapsverlof.

Lees meer over de regels rondom het verlof bij een adoptiekind in deze FAQ.

Duur

Sinds 1 januari 2009 is de wettelijke maximale duur van ouderschapsverlof verlengd naar 26 maal de wekelijkse arbeidsduur. Dat betekent in de praktijk dat een werknemer in totaal 26 werkweken mag opnemen aan ouderschapsverlof. Bij een fulltime werkweek van 40 uur komt dat neer op 26 x 40 = 1.040 uur ouderschapsverlof. Iemand met een aanstelling van 25 uur per week heeft recht op 26 x 25 = 650 uur.

Standaardregeling

Standaard wordt er bij ouderschapsverlof uitgegaan van een verlofperiode van één jaar, waarbij de ouder 50% minder gaat werken. Wettelijk gezien kunt u deze standaardconstructie niet weigeren. Het komt vaak voor dat een werknemer de verspreiding van het totaal aantal ouderschapsverlofuren anders wil inrichten. Bijvoorbeeld door het verlof over een langere periode dan twaalf maanden te smeren of door juist meer uren dan 50% per week op te nemen.

Het verlof kan eventueel ook in maximaal zes gedeelten worden opgesplitst, waarvan elk gedeelte minimaal een maand moet duren. Dergelijke aanvragen kunt u, indien u daar ‘zwaarwegende bedrijfsbelangen’ voor hebt, wel weigeren.

Waarschuw een werknemer die het ouderschapsverlof wil ‘uitsmeren’ over meer dan 18 maanden. Het recht op sociale verzekeringen over de opgenomen verlofuren vervalt dan.

Weigeren

U kunt alleen bezwaar maken tegen een ouderschapsverlofaanvraag wanneer de urenverdeling de organisatie in ernstige problemen brengt. U doet dat uiterlijk één maand voor de gewenste ingangsdatum van het ouderschapsverlof. U maakt dan in overleg met de werknemer afspraken over een andere urenverdeling.

Werknemers moeten minimaal twee maanden voor de gewenste ingangsdatum het ouderschapsverlof aanvragen. U moet daar uiterlijk één maand voor de gewenste start op reageren.

Salaris doorbetalen?

Vanaf 2 augustus 2022 is het ouderschapsverlof deels doorbetaald. De werknemer krijgt dan een vergoeding van het UWV, die de werkgever voor hem of haar aanvraagt. De vergoeding bedraagt 50% van het brutoloon met een maximum van 50% van het maximumdagloon. In het nieuwe coalitieakkoord heeft het nieuwe kabinet het voornemen opgenomen om deze vergoeding te verhogen naar 70% van het brutoloon. Hier is ook eerder door de Eerste Kamer een motie over aangenomen, bij de instemming van de wetswijziging.

De vergoeding krijgt de medewerker de eerste negen weken van het ouderschapsverlof als hij of zij deze binnen het eerste levensjaar van het kind opneemt. Daarna blijven er dus nog 17 weken onbetaald ouderschapsverlof over tot het achtste levensjaar.

Afwijken

Het komt met regelmaat voor dat er in cao’s afgeweken wordt van de minimale wettelijke eisen. Zo is het mogelijk dat er een aangepaste duur van het verlof geldt, de werknemer recht heeft op extra uren of dat de werkgever het salaris (gedeeltelijk) doorbetaalt tijdens het verlof. Ook kunt u in een bedrijfsregeling of individuele arbeidsovereenkomst in positieve zin afwijken van de standaard ouderschapsverlofregeling.

Aanvragen

Als een werknemer ouderschapsverlof wil opnemen, moet hij of zij dat minimaal twee maanden voor de ingangsdatum schriftelijk melden. In dit schriftelijke verzoek doet de werknemer een voorstel over de duur en de verdeling van het verlof per week. U moet uiterlijk vier weken voor de gewenste ingangsdatum van het ouderschapsverlof reageren of u instemt met het voorstel van de werknemer. Eventueel kunt u een tegenvoorstel maken. U moet dan wel goed beargumenteren waarom de door de werknemer voorgestelde verdeling van uren niet mogelijk is.

Biedt werknemers een standaardformulier aan voor het aanvragen van ouderschapsverlof. Dat maakt de behandeling van aanvragen makkelijker en zorgt ervoor dat u alle benodigde informatie tijdig en gestandaardiseerd binnenkrijgt. U kunt daarvoor dit model gebruiken.

Aanpassing werktijden

Als een werknemer zijn of haar recht op ouderschapsverlof volledig heeft opgemaakt, dan kan hij of zij een verzoek indienen om de arbeidsduur tijdelijk aan te passen, bijvoorbeeld voor de periode van één jaar, in verband met de zorg voor een kind. De werknemer moet een dergelijk verzoek minimaal drie maanden voor afloop van het ouderschapsverlof indienen. U bent niet verplicht om met dit verzoek in te stemmen. Wel moet u uiterlijk vier weken voor afloop van het verlof uw beslissing kenbaar maken.